COMPLICES

Jean-Guihen Queyras (cello), Alexandre Tharaud (piano)

Cellist Jean-Guihen-Queyras en pianist Alexandre Tharaud zijn al vele jaren muzikale compagnons en staan op vriendschappelijke voet met elkaar. De titel "Complices" betekent echter ook de band tussen de artiesten en hun publiek, zoals die ontstaat tijdens de concertervaring. En medeplichtigen in de "strafrechtelijke zin" zijn de musici wanneer zij - perfect op elkaar afgestemd - grenzen overschrijden, regels verschuiven om een bijzondere spanning te creëren. Het album bevat bekende en minder bekende toegiften in het origineel of in transcripties, bijvoorbeeld van Gregor Piatigorsky of van de twee vertolkers zelf, steeds in de traditie van vrije-vorm-arrangementen van grote virtuozen uit de 19e en 20e eeuw.

Brahms:
 Hungarian Dance No. 2 in D minor

Chopin:
 Nocturne No. 2 in E flat major, Op. 9 No. 2

Coltrane:
 Improvisation on Bach: Alabama

Dutilleux:
 Trois strophes sur le nom de Sacher: I. Un poco indeciso

Falla:
 Nana (No. 5 from Siete canciones populares españolas)

Fauré:
 Papillon, Op. 77

Kreisler:
 Liebesfreud
 Liebesleid

Popper:
 Dance of the Elves, Op. 39
 Mazurka in G minor, Op. 11 No. 3
 Serenade, Op. 54 No. 2

Poulenc:
 Les chemins de l'amour

Saint-Saëns:
 Le Cygne (from Le carnaval des animaux)

Shchedrin:
 Im Stile von Albeniz for violin & piano

Tchaikovsky:
 Valse sentimentale, Op. 51 No. 6

Vecsey, F:
 Valse triste

Zimmermann, B A:
 Four Short Studies for Cello solo: IV

"Dat belooft wat! Twee topmusici aan het werk: de Franse pianist Alexandre Tharaud en de Franse cellist Jean-Guihen Queyras. ‘Complices’ noemen ze zich: makkers, samenzweerders, bij het maken van een cd vol superieur snoepgoed. Een verzameling encores, bekend, overbekend, soms minder bekend, maar gespeeld met aanstekelijk plezier en energie. Meestal gaat het om goed klinkende bewerkingen voor de combinatie van cello met piano.Natuurlijk glijdt De zwaan van Saint-Saëns voorbij, Fritz Kreislers onsterfelijke Liebesleid en Liebesfreud, Brahms, Tsjaikovski, Chopin, Fauré, Poulenc, gevoelige deuntjes van Franz von Vecsey en David Popper, maar ook minder voor de hand liggende stukken als de Kurze Studie Nr. 4 van Bernd Alois Zimmermann en de 1e Strophe sur le nom de Sacher van Dutilleux, beide voor cello solo. Dit uitgebalanceerde programma bevat dus meer dan alleen snoepgoed. En er zijn nog meer ‘complices’ bij betrokken: Raphaël Imbert komt langs met de tenorsaxofoon voor zijn Improvisation on Bach, die ‘geboren wordt’ uit Alabama van John Coltrane. De cd begint en eindigt met Haydn: een door de grote Pjatigorski bewerkt Divertimento plus het Adagio uit de Dertiende symfonie, waar Queyras zich laat begeleiden door het kamerorkest La Diane Française."
Klassieke Zaken Magazine 1-2020

"Queyras and Tharaud clearly enjoy the process as well as the freedom of interpretation and presentation that the encore gives. But there is a niggling feeling here of something missing, and it’s not just the concert beforehand…And yet there is much that is inventive amongst all the enthusiastic ornamentation."
BBC Music Magazine - March 2020

"Here we have a disc of encores to hit all moods and genres...far from being a pick’n’mix standing at the ready to be chopped up into a multitude of playlists (not that I don’t hope it doesn’t turn up everywhere), this is a genuine, single, sublime work of art, and to achieve this from such a multi-angled selection takes unusual artistry."
Gramophone Magazine - April 2020